De gulden harpoen
De gulden harpoen | ||||
---|---|---|---|---|
Stripreeks | Suske en Wiske | |||
Volgnummer | 236 | |||
Scenario | Paul Geerts | |||
Tekeningen | Marc Verhaegen | |||
Lijst van verhalen van Suske en Wiske | ||||
|
De gulden harpoen is een stripverhaal in de reeks van Suske en Wiske. Het scenario is van Paul Geerts en de tekeningen zijn van Marc Verhaegen. Het is gepubliceerd in De Standaard en Het Nieuwsblad van 19 september 1992 tot en met 11 januari 1993. De eerste albumuitgave was in mei 1993.
Locaties
[bewerken | brontekst bewerken]Dit verhaal speelt zich af op de volgende locaties:
- België, Nederland, Boxtel, bouwvallige hoeve, Enkhuizen, het IJsselmeer, het Zuiderzeemuseum, kalkovens.
Personages
[bewerken | brontekst bewerken]In dit verhaal komen de volgende personages voor:
- Suske, Wiske, tante Sidonia, Lambik, Jerom, professor Barabas, postbode, Els Feenstra, schilder, kinderen, medewerkers museum, meneer Weeda (museumdirecteur), Jan Huygen van Linschoten, de drie gebroeders Jan Huygen (achterachterachterkleinkinderen van Jan Huygen), Jonas (de profeet van Zebulon), Fifike (potvis).
Uitvindingen
[bewerken | brontekst bewerken]In dit verhaal spelen de volgende uitvindingen mee:
- de draagbare teletijdmachine.
Het verhaal
[bewerken | brontekst bewerken]De vrienden krijgen uitnodigingen van Els Feenstra voor de Suske en Wiske-fanclubdag in Boxtel. Er zijn heel veel kinderen aanwezig om de vrienden te zien. Wiske ziet een huilend jongetje en loopt met hem naar buiten, maar wordt dan door twee mannen in een bestelbusje getrokken. Als Suske haar gaat zoeken krijgt hij het nummerbord van een jongetje en waarschuwt hij zijn vrienden. Els waarschuwt de politie en hoort dat het bestelbusje uit Enkhuizen komt waarop de vrienden er meteen naartoe gaan. Ze vinden het busje waarin Lambik ziet dat er harpoenen in verstopt zijn. Er ligt een briefje van Wiske in het busje waarop staat dat ze naar het Zuiderzeemuseum wordt vervoerd. De directeur biedt aan het museum enkele dagen te sluiten en de vrienden gaan op zoek naar Wiske; ze worden nat door de regen en kleden zich in klederdracht in een huisje. Tante Sidonia neemt de alkoof en de mannen slapen op zolder. 's Nachts hoort Suske de stem van Wiske en hij gaat naar de kalkovens, maar hij komt in problemen door het slechte weer. Tante Sidonia, Lambik en Jerom vinden Suske vastgebonden aan een paal, hij heeft zichzelf vastgebonden om niet weg te waaien en hij zegt dat hij Wiske heeft gezien. Dan verschijnt Wiske inderdaad met een man op het water en ze horen dat hij Jan Huygen van Linschoten is, de eerste Nederlander die in 1594 een walvis ving tijdens zijn ontdekkingsreis naar een noordelijke vaarweg naar Indië. Jan wil Wiske ruilen voor zijn gulden harpoen, die is eeuwen geleden opgeslokt door een reuzenpotvis. Dan verdwijnen Wiske en Jan en de vrienden gaan naar het huisje terug, ze vinden een briefje vastgestoken met een mes op tafel. De profeet van Zebulon zal de gulden harpoen nooit teruggeven. Op weg naar professor Barabas ziet Lambik het bestelbusje opnieuw en ze ontmoeten drie nazaten van Jan Huygen, die allen zijn naam dragen. Ze worden bedwelmd door gas en vastgebonden aan bomen, als ze wakker worden nemen fans foto’s van de vrienden. Ze komen toch bij professor Barabas, die vertelt dat de profeet van Zebulon Jonas is.
Jona, de zoon van Amitthai uit Gath-chefer, moest de bevolking van Ninive waarschuwen voor hun gedrag, maar kwam op weg naar Tarsis door een storm in problemen en zeelieden gooiden hem overboord. Na drie dagen en nachten werd hij door een walvis uitgespuwd en kon naar Ninivé verder reizen, de bevolking werd gered. De vrienden krijgen de draagbare teletijdmachine mee en gaan terug naar het Zuiderzeemuseum. Ze zien een potvis in het IJsselmeer en een boot met Jan Huygen maakt jacht op het dier. Dan hoort Suske de stem van Wiske en valt flauw. Ze gaan met een boot naar 1594 en Jonas vindt Lambik bij de kalkoven, hij neemt hem mee naar het binnenste van de walvis. Fifike werd door de gulden harpoen geraakt, maar Jona kon de harpoen verwijderen en de wond genas. Jona wil de harpoen nooit teruggeven aan Jan Huygen, Jahwe wil dat hij op alle walvissen past. Lambik wordt in slaap gebracht door Jona en zal met walvis en al naar een andere tijd reizen. De Jannen blijken ook aan boord van het schip en bedreigen Wiske, maar Jerom kan de mannen verslaan en redt tante Sidonia van een haai. De achterachterachterkleinzonen van Jan Huygen ontmoeten hun voorvader opnieuw en Suske wordt vastgebonden aan de mast bij Wiske. Dan verbrijzelt de potvis de schuit en de Jannen komen in zee terecht, tante Sidonia en Jerom worden door de potvis ingeslikt en zien Lambik en Jona. De potvis wordt door een harpoen geraakt en Lambik gooit deze naar de boot, hij snijdt daarmee het touw om de mast kapot. Dan wordt de walvis door kanonskogels beschoten, Jerom gooit een kogel terug en de mast breekt. Jan Huygen komt onder de mast terecht en Suske probeert hem te helpen, maar de Jannen willen liever dat hij doodgaat zodat zij de rechtmatige eigenaar van de gulden harpoen zijn. Wiske zet een blok hout onder de mast en dan worden ze door de Jannen aangevallen. Lambik laat zich met de gulden harpoen naar de boot werpen en komt tegen Suske aan, die schiet per ongeluk in het buskruit en de boot ontploft. Iedereen overleeft de ontploffing en ze worden door de potvis opgepikt uit zee, Jan heeft spijt van zijn gedrag en de gulden harpoen zal aan Artsen zonder grenzen geschonken worden. Jerom duikt de draagbare teletijdmachine op en ze zetten de vier Jannen af op het land, de drie nazaten zullen pas naar hun eigen tijd worden teruggehaald als ze hun leven hebben gebeterd. De vrienden gaan dan met Jona en de walvis terug naar hun eigen tijd.
Achtergronden bij het verhaal
[bewerken | brontekst bewerken]Lambik kon ook erg goed opschieten met een walvis in het verhaal Het bevroren vuur.
De draagbare teletijdmachine wordt ook gebruikt in het album Lambik Baba.
Uitgaven
[bewerken | brontekst bewerken]Publicaties | ||||
---|---|---|---|---|
Krant of tijdschrift | Nummer | Publicatiedatum | Voorganger | Opvolger |
De Standaard / Het Nieuwsblad | 133 | 19 september 1992 - 11 januari 1993 | Het kristallen kasteel | De snikkende sirene |
Het Nieuwsblad van het Zuiden | 115 | Het kristallen kasteel | De snikkende sirene | |
Het Binnenhof | 72 | 2 december 1992 - 25 maart 1993 | Het kristallen kasteel | De snikkende sirene |
Haagsche Courant | 2 december 1992 - 25 maart 1993 | |||
Eindhovens Dagblad | 5 december 1992 - 30 maart 1993 | |||
Utrechts Nieuwsblad | 15 december 1992 - 7 april 1993 | |||
Brabants Dagblad | ||||
Limburgs Dagblad |
Albumuitgaven | ||||
---|---|---|---|---|
Stripreeks of collectie | Nummer | Eerste druk | Voorganger | Opvolger |
Vierkleurenreeks | 236 | mei 1993 | De krakende carcas | De snikkende sirene |
Luxe reeks | 9 | mei 1993 | De krakende carcas | De snikkende sirene |
Suske en Wiske Collectie | 44 | 1995 | ||
Uitgave voor De Fameuze Fanclub | 13 april 2003 |