zomeraardappel
Uiterlijk
- zo·mer·aard·ap·pel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zomeraardappel | zomeraardappels zomeraardappelen |
verkleinwoord | zomeraardappeltje | zomeraardappeltjes |
de zomeraardappel m
- (voeding) vroege aardappel die men in de zomer eet
- Het woord zomeraardappel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.