voorstellen
Uiterlijk
- Geluid: voorstellen (hulp, bestand)
- voor·stel·len
- samenstelling van voor en stellen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
voorstellen |
stelde voor |
voorgesteld |
zwak -d | volledig |
voorstellen [1]
- ditransitief het voorleggen van een idee aan iemand
- Ik stelde hem voor om naar de bioscoop te gaan.
- Zij kregen een andere betalingswijze voorgesteld.
- Wat betreft de universiteiten stellen de onderzoekers voor om een groter deel van het geld naar technische opleidingen te verschuiven, als investering in die sector. [2]
- overgankelijk het geven van een beeld van iets
- Dat werd voorgesteld alsof het een geheel nieuw idee was.
- overgankelijk vertellen wie iemand is
- ▸ Pogue stelde me voor aan zijn vriend ‘Barbie’, een excentrieke man die de lievelingsbarbie van zijn dochter met zich meedroeg en haar op allerlei rare plekken fotografeerde.[3]
- wederkerend zich voorstellen: vertellen wie je bent
- een beeld in de geest maken of oproepen
- ▸ Ik probeerde me voor te stellen waar ze nu mee bezig zouden zijn: met hun neus in de boeken of chattend met hun vrienden.[3]
- ▸ Het viel me meteen op dat deze woestijn niet de woestijn was die ik me had voorgesteld.[3]
- ▸ Je zou je voor kunnen stellen dat de Amerikanen een zucht van verlichting slaakten toen het Sovjetleger de opstand neersloeg en de rust en het afschrikkingsevenwicht werden hersteld.[4]
- in werkelijkheid zijn
- ▸ Ultrafast fashion wordt vaak verkocht voor een kringloopprijs en is daardoor voor ons een serieuze concurrent, zegt de brancheorganisatie. We zien dat mensen heel graag iets nieuws willen kopen. Op het oog ziet zoiets op een webshop er mooi uit, maar kwalitatief stelt het niet zo veel voor.[5]
1. een plan voorleggen
2. een beeld geven
de voorstellen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord voorstel
- Het woord voorstellen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "voorstellen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[6] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia Arjan te Bogt 20-05-19 4 miljoen euro minder per jaar voor Saxion: ‘Onbegrijpelijk’
- ↑ 3,0 3,1 3,2 Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044633535
- ↑ Weblink bron “Minder kleding bij de kringloop door slechte kwaliteit fast fashion” (15-10-2024), NOS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Ditransitief werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Wederkerend werkwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %