foeilelijk

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  foeilelijk    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈfujlelək / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• foei·le·lijk

Woordherkomst en -opbouw

• intensief, samenstelling van  foei tw  en  lelijk bn 

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	foeilelijk
verbogen	foeilelijke
partitief	foeilelijks	-	-

Bijvoeglijk naamwoord

foeilelijk

1. bijzonder lelijk

   • Zij had weer zo'n foeilelijke hoed op. 

Synoniemen

• aartslelijk, inlelijk, oerlelijk, spuuglelijk

Gangbaarheid

• Het woord foeilelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "foeilelijk" herkend door:

95 %	van de Nederlanders;
85 %	van de Vlamingen.