filatelistisch
Uiterlijk
- fi·la·te·lis·tisch
- afgeleid van filatelist met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | filatelistisch | filatelistischer | |
verbogen | filatelistische | filatelistischere | |
partitief | filatelistisch | filatelistischers | - |
filatelistisch
- betreffende de filatelie of een filatelist
- Het woord filatelistisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.