Naar inhoud springen

commandeer

Uit WikiWoordenboek
  • com·man·deer
vervoeging van
commanderen

commandeer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van commanderen
    • Ik commandeer. 
  2. gebiedende wijs van commanderen
    • Commandeer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van commanderen
    • Commandeer je?