belang
Uiterlijk
Niet te verwarren met: Belang |
- be·lang
- In de betekenis van ‘voordeel, belangstelling’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1265 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | belang | belangen |
verkleinwoord | belangetje | belangetjes |
het belang o
- iets wat belangrijk is voor een persoon, iets wat iemand veel voordeel (of nadeel) kan opleveren
- Hij heeft belang bij een snelle opstart van het bedrijf.
- Hij heeft een groot belang in dat bedrijf.
- ▸ Normaal gezien is licht als lucht, in die zin dat je vooral bij ontstentenis ervan in de verleiding komt te reflecteren op het belang ervan. Maar hier leek het licht door mensenhanden gemaakt, bij wijze van bekroning van de architectuur, als een laag bladgoud over een sculptuur of als een met zorg aangebrachte vernislaag over de voorstelling die deze van zichzelf had geschilderd. Maar deze vergelijkingen zijn te statisch, want daarbij was het licht voortdurend in beweging, alsof het de schaduwen achternazat.[2]
- ▸ Als directeur van het hotel diende hij als eerste de belangen van zijn broodheer in ogenschouw te nemen.[3]
- een drukte van belang: erg druk
- Tijdens de zomervakantie is het weer een drukte van belang op het vliegveld.
|
- uw beider belang
- belang hechten aan
1. iets wat belangrijk is voor een persoon
vervoeging van |
---|
belangen |
belang
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van belangen
- Ik belang.
- gebiedende wijs van belangen
- Belang!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van belangen
- Belang je?
- Het woord belang staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "belang" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "belang" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 24
- ↑ “All-inclusive” (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht , ISBN 90-229-9182-2
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %