Naar inhoud springen

Agrarisch onderwijs

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Agrarisch onderwijs is onderwijs in verschillende aspecten van de landbouw en daaraan gerelateerde thema's zoals bosbouw, tuinbouw, landschapsbeheer en beheer van natuurlijke hulpbronnen. Het onderwijs wordt op verschillende niveaus gegeven, omvat uiteenlopende vakken, zoals biologie, bodemkunde, plantenziektekunde, management, dierenwelzijn, landbouwtechniek en voeding en leidt op voor beroepen in de agrarische of 'groene' sector.

In Nederland wordt agrarisch onderwijs gegeven aan AOC's, hbo-instellingen en de Wageningen University. Tot oktober 2017 was het het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (tot 2010 ministerie van LNV) verantwoordelijk voor het agrarische onderwijs. Met het aantreden van het kabinet-Rutte III in oktober 2017 is het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) verantwoordelijk voor het agrarisch onderwijs of 'groen onderwijs'.

Een agrarisch opleidingscentrum (AOC) is een Nederlands middelbaar onderwijstype dat opleidingen op vmbo en mbo-niveau aanbiedt op het gebied van: dier, plant, milieu en voedsel. Het is voortgekomen uit lagere en middelbare agrarische scholen en tuinbouwscholen.[bron?]

In Frederiksoord bevond zich de oudste tuinbouwschool van Nederland, ze werd opgericht in 1884. De school is thans gevestigd in Meppel.

Agrarische opleidingscentra zijn in Nederland begin jaren negentig ontstaan uit een fusie van lagere agrarische scholen (toen vbo-scholen) met leerlingstelselorganisaties.[1]

Van 1965 tot 1990 bestonden er drie leerlingstelselorganisaties:

  • LSBL; Landelijke Stichting Beroepsopleiding Levensmiddelenindustrie
  • LSLL; Landelijke Stichting ter bevordering van de opleiding in het leerlingwezen in de land- en tuinbouw en de landbouwambachten
  • LOLB; Landelijk Orgaan voor het Leerlingwezen in de Bosbouw.

Deze organisaties zijn in 1990 gedeeltelijk opgegaan in het kenniscentrum LOBAS, het latere Aequor. De opleidingen zelf zijn opgegaan in twaalf agrarische opleidingscentra en het huidige LSBL.

Hoger agrarisch onderwijs

[bewerken | brontekst bewerken]

Hoger agrarisch onderwijs wordt in Nederland aangeboden aan de Wageningen University en enkele hbo-instellingen. Er zijn vier hogescholen: Aeres Hogeschool, HAS Hogeschool, Hogeschool Inholland en Van Hall Larenstein. Binnen het hbo is het hoger agrarisch onderwijs met ongeveer 10.000 een relatief kleine sector. Naast de klassieke opleidingen als tuinbouw, veeteelt en akkerbouw bieden verschillende scholen ook opleidingen als Food design and innovation, milieukunde, diermanagement en watermanagement.

De Wageningse universiteit bestaat sinds 1876. Men kan bachelorprogramma's volgen en masterprogramma's en als PhD-student voorbereid worden op een academische promotie. Bachelorprogramma's zijn er onder meer op het gebied van technologie en voeding, biologie, bos-, natuur- en waterbeheer, economie, gezondheid en toerisme. Masterprogramma's zijn er bijvoorbeeld op het terrein van biotechnologie, voedsel, aquacultuur, organische landbouw, milieuwetenschappen, communicatiewetenschappen en ontwikkelingsstudies.

In Vlaanderen valt het agrarisch onderwijs volledig onder de bevoegdheid van het Vlaams ministerie van Onderwijs en Vorming.

Tuinbouwschool

[bewerken | brontekst bewerken]

In Vlaanderen wordt naar scholen voor het agrarisch onderwijs vaak verwezen met de term Tuinbouwschool. Deze maken in Vlaanderen deel uit van het secundair onderwijs, met name het studiegebied "Land- en tuinbouw". Binnen dit studiegebied zijn er verschillende studierichtingen, namelijk:

  • Tso: biotechnische wetenschappen; dierzorgtechnieken; landbouwtechnieken; tuinbouwtechnieken.
  • Bso: landbouw; paardrijden en -verzorgen; dierenzorg; tuinbouw; bloemsierkunst.

Deze studierichtingen worden soms aangeboden in specifieke "land- of tuinbouwscholen" zoals het PIBO (Provinciaal Instituut voor Biotechnisch Onderwijs) in Tongeren, het Vrij Land- en Tuinbouwinstituut in Torhout, het Vrij Technisch Instituut Poperinge en de Tuinbouwscholen in Merchtem en Vilvoorde. Soms worden de studierichtingen ook aangeboden in secundaire scholen waar ook nog andere studierichtingen worden aangeboden.

Hoger onderwijs

[bewerken | brontekst bewerken]

Het aanbod in het hoger onderwijs bestaat uit:

[bewerken | brontekst bewerken]