Otto II van Nassau-Siegen
Otto II | ||
---|---|---|
Otto II van Nassau-Siegen en Adelheid van Vianden, ontwerptekening voor het wandtapijt door Bernard van Orley ca. 1530
| ||
Graaf van Nassau-Siegen | ||
Regeerperiode | 1343–1350/51 | |
Voorganger | Hendrik I | |
Opvolger | Johan I | |
Huis | Nassau-Siegen | |
Vader | Hendrik I van Nassau-Siegen | |
Moeder | Adelheid van Heinsberg en Blankenberg | |
Geboren | ca. 1305 | |
Gestorven | december 1350/januari 1351 | |
Partner | Adelheid van Vianden | |
Religie | Katholiek | |
Wapen van de Ottoonse Linie |
Otto II van Nassau-Siegen (ca. 1305[1][2][3] – (gesneuveld) december 1350/januari 1351[1][2][3][4][5]), Duits: Otto II. Graf von Nassau-Siegen, was graaf van Nassau-Siegen,[noot 1] een deel van het graafschap Nassau. Hij stamt uit de Ottoonse Linie van het Huis Nassau.
Biografie
[bewerken | brontekst bewerken]Otto was de oudste zoon van graaf Hendrik I van Nassau-Siegen en Adelheid van Heinsberg en Blankenberg,[1][2][3][4][5] dochter van heer Dirk II van Heinsberg en Blankenberg en Johanna van Leuven[1][2] (een kleindochter van hertog Hendrik I van Brabant).
In 1336 sloten Otto en zijn jongere broer Hendrik een delingsverdrag voor het graafschap van hun vader. In 1339 echter huwde Hendrik tegen de wil van zijn vader en broer. Het kwam tot strijd tussen beide broers. Otto sloot een verbond met landgraaf Herman I van Hessen tegen Hendrik. Door bemiddeling van de graven Gerlach I van Nassau en Dirk III van Loon-Heinsberg kon een verzoening bereikt worden. Op 18 juni 1341 volgde een nieuw verdelingsverdrag.
Otto volgde in augustus 1343 zijn vader op in Siegen, Dillenburg, Löhnberg en de Herborner Mark. Het jaar daarna verkocht Otto de burcht en heerlijkheid Löhnberg aan paltsgraaf Ruprecht I en graaf Gerlach I van Nassau.[6] Op 20 september van datzelfde jaar kreeg hij van keizer Lodewijk ‘de Beier’ stadsrechten voor Dillenburg.[7]
Op 14 augustus 1343 kwamen ‘Alf graue van der Mark unde Margret sin … husfrouwe’ met ‘Otten grauen van Nassauwe und frouwen Aleyde’ in een oorkonde overeen dat ‘eine dochter van unseren dochteren’ zou huwen met ‘einem sone van soenen … Otten grauen van Nassauwe und frouwen Alheyd vorgenant’.[1]
Otto geldt niet als een goed regent. Zijn korte regering was een aaneenschakeling van vetes waarbij het land verwoest werd. Om zijn uitgaven te bestrijden werd hij gedwongen veelvuldig bezittingen te verpanden.[8] Zo was hij genoodzaakt om de Nassause helft van Siegen te verkopen aan de aartsbisschop van Keulen en verloor hij alles dat Nassau had verworven van het Wildenburgsche bezit aan het graafschap Sayn. En in 1349 moest hij het kerspel Haiger en de helft van de Burcht Ginsburg verpanden aan de heren van Haiger en de aartsbisschop van Keulen.[9]
Eind 1350 of begin 1351 trok Otto, met hulp van zijn neven Johan en Emico II van Nassau-Hadamar, ten strijde tegen de broers Godfried en Wilderik III van Walderdorff, waarbij Otto zijn leven verloor.[9][10][11] Hij werd opgevolgd door zijn zoon Johan I, die tot 1362 onder regentschap van zijn moeder stond.[3]
Huwelijk en kinderen
[bewerken | brontekst bewerken]Otto huwde (contract 23 december 1331[1][2]) met Adelheid van Vianden († 30 september 1376[1][2][4][5]), dochter van graaf Filips II van Vianden en Adelheid van Arnsberg.[1]
Uit dit huwelijk werden geboren:[1][2][3][4][5]
- Adelheid, was non in Klooster Keppel te Hilchenbach 1376, en abdis 1378–1381.
- Johan I (ca. 1339 – Herborn, 4 september 1416), volgde zijn vader op.
- Hendrik ‘de Houwdegen’ († Kassel, 5 september 1402), was domheer te Keulen 1356.
- Otto († 1384), was kanunnik en provoost van de Sint Maurits te Mainz 1357 en domheer te Keulen en te Mainz 1380.
Voorouders
[bewerken | brontekst bewerken]Externe links
[bewerken | brontekst bewerken]- (en) Nassau op: An Online Gotha, by Paul Theroff.
- (en) Nassau op: Medieval Lands. A prosopography of medieval European noble and royal families, compiled by Charles Cawley.
- (de) Ausfeld, Eduard (1887). Allgemeine Deutsche Biographie. Band 24. Duncker & Humblot, Leipzig, "Otto II. (Graf von Nassau)", pp. 707-708.
- (de) Becker, E. (1983). Schloss und Stadt Dillenburg. Ein Gang durch ihre Geschichte in Mittelalter und Neuzeit. Zur Gedenkfeier aus Anlaß der Verleihung der Stadtrechte am 20. September 1344 herausgegeben, Neuauflage. Der Magistrat der Stadt Dillenburg, Dillenburg [1950].
- Dek, A.W.E. (1970). Genealogie van het Vorstenhuis Nassau. Europese Bibliotheek, Zaltbommel. Gearchiveerd op 26 oktober 2009. Geraadpleegd op 4 januari 2022.
- (fr) Huberty, Michel, Giraud, Alain; Magdelaine, F. & B. (1981). l’Allemagne Dynastique. Tome III: Brunswick-Nassau-Schwarzbourg. Alain Giraud, Le Perreux.
- (de) Lück, Alfred (1981). Siegerland und Nederland, 2. Auflage. Siegerländer Heimatverein e.V., Siegen [1967].
- (de) Schwennicke, Detlev (1978). Europäische Stammtafeln. Stammtafeln zur Geschichte europäischen Staaten. Neue Folge. Band I. J.A. Stargardt, Marburg.
- Venne, J.M. van de, Stols, Alexander A.M. (1937). Geslachts-Register van het Vorstenhuis Nassau. A.A.M. Stols Uitgevers-Maatschappij, Maastricht.
- Vorsterman van Oyen, A.A. (1882). Het Vorstenhuis Oranje-Nassau. Van de vroegste tijden tot heden. A.W. Sijthoff en J.L. Beijers, Leiden en Utrecht.
- (de) Wagner, Jakob (1863). Die Regentenfamilie von Nassau-Hadamar. Geschichte des Fürstenthums Hadamar. Erster Band, Zweite Auflage. Verlag der Mechitharisten-Congregations-Buchhandlung, Wien.
Voetnoten
- ↑ Het graafschap Nassau-Siegen wordt in veel Nederlandstalige bronnen ten onrechte Nassau-Dillenburg genoemd. Het graafschap was niet genoemd naar het kleine, onbelangrijke, stadje Dillenburg, waar toentertijd zelfs nog geen kerk stond, maar naar de, voor die tijd, grote stad Siegen, het economische zwaartepunt van het graafschap, en de belangrijkste residentie van de graven. Zie o.a. Lück (1981). Het blijkt ook uit de nummering van de regerende graven met de naam Johan. Eén Johan zonder nummering die heerste over Nassau-Dillenburg in de periode 1303–1328, en acht graven met de naam Johan die in de periode 1362–1638 regeerden over Nassau-Siegen.
Referenties
- ↑ a b c d e f g h i Cawley.
- ↑ a b c d e f g Dek (1970).
- ↑ a b c d e Vorsterman van Oyen (1882).
- ↑ a b c d Schwennicke (1978).
- ↑ a b c d Van de Venne & Stols (1937).
- ↑ Huberty, et al. (1981).
- ↑ Becker (1983), p. 22.
- ↑ Ausfeld (1887).
- ↑ a b Lück (1981), p. 22.
- ↑ Becker (1983), p. 12.
- ↑ Wagner (1863), p. 11.
Voorganger: Hendrik I |
Graaf van Nassau-Siegen 1343–1350/51 |
Opvolger: Johan I |