g.g.d.
Niet te verwarren met: GGD |
- ɡ.ɡ.d.
- [1] (afkorting) ɡrootste ɡemene deler, waarin "grootst" de overtreffende trap van groot bn "omvangrijk" is, "gemeen" de betekenis "gemeenschappelijk" en "deler" de betekenis "deeltal" heeft; geschreven met punten en kleine letters volgens spellingregel 17.ɑ
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | g.g.d. | g.g.d.'s |
verkleinwoord | - | - |
de g.g.d. m
- (wiskunde) hoogste natuurlijke getal waar elk van een bepaalde groep gehele getallen door kan worden gedeeld zonder dat er een rest overblijft
- ▸ De grootste gemene deler (afgekort g.g.d.) van twee gehele getallen m en n is het grootste natuurlijke getal dat een deler is van beide getallen; we noteren ggd(m,n)[1]
- Het woord 'g.g.d.' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron “Wiskundige basisvaardigheden: een survivalkit voor een succesvolle start in het hoger onderwijs”, 3e druk (2013), Asp / Vubpress / Upa, Brussel, ISBN 9789057182686, p. 15