zevenhonderdentien
0 | 7 | 1 | 0 |
zevenhonderdentien,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: zevenhonderdentien (hulp, bestand)
- IPA: / ˌzevə(n)ˌhɔndərtɛnˈtin / (6 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'negenhonderdentien': /ˌzøvənˌhɔndərtɛnˈtin/
- ze·ven·hon·derd·en·tien
- samenstellende samenstelling van zevenhonderd ht, en vw en tien ht
zevenhonderdentien
- "710", langere vorm van zevenhonderdtien, zevenhonderd plus tien
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft zevenhonderdentien euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot zevenhonderdentien.
- om een hoeveelheid aan te geven
- zevenhonderdtien (deze kortere vorm wordt meer gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "zevenhonderdentien" ht als linkerdeel
- Het woord 'zevenhonderdentien' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)